De Brahma kriel is de kleine versie van de, waarschijnlijk nog veel populairdere, Brahma. Kenmerkend aan beide rassen is hun opvallend rijke poot- en lichaamsbevedering. De krielen hebben in vergelijking met andere krielrassen een vrij fors uitzicht.

Het ras is van nature zeer rustig en mits een beetje aandacht kan de Brahma kriel zeer snel tam gemaakt worden. Door hun rustige karakter zijn de krielen ook geen vliegers. Een lage omheining is dus niet verplicht. Al is enige bescherming tegen roofdieren wel aangewezen aangezien de laatste jaren oa. vos en marter meer en meer in opmars komen. In de nacht (voor duister) opsluiten in het binnenhok, een automatische hoksluiter of een volledig afgesloten ren zijn voor dit probleem goede oplossingen.

De hennen leggen redelijk veel eieren van een schappelijke grootte (+- 190 per jaar). Zo verschillen de eieren van de Brahmakriel in gewicht amper van deze van grote Brahma's. De voer/ei verhouding van de Brahma Kriel is ook veel hoger dan deze van de Brahma.
Brahmakrielen worden makkelijk broeds en zijn over het algemeen goede moeders.